Platvoeten bij kinderen
Wat zijn platvoeten? En is dit erg bij kinderen?
Wat zijn platvoeten?
Een veel gehoorde zorg van ouders. Een kind waarvan de voeten naar binnen staan. Of dat de schoenen aan de binnenkant uitpuilen. Dit roept zorgen op of dit normaal is, of dat het een afwijking is waar iets aan gedaan moet worden. Een soepele platvoet zorgt niet altijd voor klachten. Tot een leeftijd van 2 jaar hebben de meeste kinderen platvoeten. De meeste platvoeten corrigeren spontaan zonder behandeling voor het zevende levensjaar.
Een platvoet wordt gekenmerkt door het naar binnen staan van de voet bij het staan en lopen. Vaak te zien aan de lage voetboog en/of een knik in de enkel naar binnen.
Welke soorten platvoeten zijn er?
Een platvoet kan soepel of stug (rigide) zijn. Bij een soepele platvoet staat de voet in stand naar binnen. Echter corrigeert de voetstand en komt de voetboog weer terug, wanneer de voet opgetild is van grond (rusttstand). Een oorzaak van een soepele platvoet is slapte van de gewrichtsbanden waardoor de gewrichten te veel ruimte hebben om te schuifen. Door het schuiven van het hielbot (calcaneus) naar binnen, en het middenvoetsbeentje (os naviculare) naar beneden. Dit schuift weer terug wanneer de voet niet meer belast wordt.
In sommige gevallen is de platvoet rigide (stug). Ook hierbij is de voetboog vlak en staat de voet naar binnen (valgus). Het verschil met de soepele platvoet is dat de voetstand zich niet hersteld wanneer de voet niet meer belast wordt. Bij een rigide platvoet is het belangrijk om te achterhalen of er sprake is van een afwijking. Er kan bijvoorbeeld een overbrugging tussen twee botten zijn. Dit wordt een tarsale coalitie genoemd. De afwijking kan gepaard gaan met pijn terhoogte van de buitenzijde van de enkel.
Klachten bij een platvoet
- Pijn aan de buitenzijde van de enkel
- Pijn aan de binnenzijde van de enkel, vaak een gespannen gevoel
- Snel vermoeide voeten
- Niet lang willen lopen
Oorzaak van een platvoet
Een platvoet bij een kind is in de eerste instantie normaal. We noemen dat fysiologisch. De voet is plat omdat er in de eerste instantie veel vetpolster om de voet heen zit waardoor hij plat lijkt. Het vetpolster is nodig om de botjes die nog grotendeels uit kraakbeen bestaan te beschermen. Ook is het handig omdat een dreumes die begint met lopen gelijk een wat groter steunvlak heeft. Een voetboog ontstaat rond een jaar of 7. Ontstaat er geen voetboog rond die leeftijd dan is er nog niet gelijk een reden om je zorgen te maken. Het kan zijn dat je kind iets meer tijd nodig heeft voor de voetboog ontstaat.
Er kunnen wel oorzaken zijn voor een platvoet. Bijvoorbeeld verkorte achillespezen. Door de verkorting van een achillespees kan een voet niet goed afwikkelen. Hierdoor gaat de voet naar binnen kantelen o toch een afwikkeling te kunnen maken. We noemen dit een vluchtvalgus.
Wat kun je het beste doen bij een platvoet?
De podotherapeut kijkt naar de stand van de voet en benen en onderzoekt ook het looppatroon van je kind. De podotherapeut kan alles met elkaar een inschatting maken of er sprake is van een normale platvoet of een afwijkende platvoet.
Is er sprake van een normale platvoet zonder pijnklachten dan is het niet nodig om een behandeling te starten. De voet zal waarschijnlijk zelf gaan corrigeren. Wel weten we uit studies dat een platvoet een vergrootte kans geeft op het ontstaan van bepaalde klachten zoals hielpijn, achillespeesproblemen en knieproblemen. Dit hoeft echter lang niet altijd het geval te zijn en daarom zal de podotherapeut met je bespreken om de ontwikkeling van de voeten van je kindje in de eerste instantie op te volgen. Indien nodig zal een behandeling alsnog worden gestart.
Lijkt er sprake te zijn van een rigide platvoet dan zal de podotherapeut doorverwijzen met het advies om een röntgenfoto of een CT-scan te laten maken om een eventuele tarsale coalitie uit te sluiten.
Behandelmethoden bij kinderen
De podotherapeut kan verschillende behandelmethoden inzetten. Denk hierbij aan:
- Zooltherapie (al dan niet tijdelijk)
- Schoenadvies: stevig contrefort om de hiel stabiel te houden en niet door te laten bewegen.
- Oefentherapie om de kleine voetspieren in de voetboog te verstreken die nodig zijn om een voetboog te maken.
